Stappenplan extramuraal
dat gevolgd moet worden bij (vermoeden van) ouderenmishandeling.

Voor informatie over meldrecht in relatie tot beroepsgeheim
(zie Meldcode Signalering Ouderenmishandeling)

STAP 1: Breng signalen in kaart
De zorgmedewerker of huishoudelijk medewerker observeert en brengt signalen in kaart. (zie Meldcode Signalering Ouderenmishandeling en Signalenkaart)

• De medewerker geeft de signalen door aan de wijkverpleegkundige
• De huishoudelijk medewerker geeft de signalen door aan de coördinator WMO, of aan een verpleegkundige.
• De signalen worden gerapporteerd in een afgeschermd formulier in het dossier

STAP 2 : Collegiale consultatie

• Wijkverpleegkundige informeert de teamleider
• Teamleider meldt de signalen aan betrokken manager/directeur
• Wijkverpleegkundige bespreekt de signalen met de aandacht functionaris en zij kan bij twijfel, advies vragen bij Veilig Thuis.
• Wijkverpleegkundige meldt de signalen bij de huisarts
• Bij twijfel over letsel ; letseldeskundige inschakelen

STAP 3 : De teamleider bepaalt i.o.m. huisarts en aandacht functionaris:

• Wie met de betrokkenen in gesprek gaat
• Wie de uitkomsten van het gesprek documenteert in dossier
• De aandacht functionaris regelt een nieuw overleg met huisarts en teamleider
• Als client contact op wil nemen met andere betrokken hulpverleners kan client dat zelf doen. Evt samen met aandachtfunctionaris of teamleider

STAP 4 : Nu wordt Afwegingskader doorlopen en daarna de vervolgstappen

AFWEGINGSKADER:

VRAAG 1

Heb ik op basis van de stappen 1 tot en met 4 van de Meldcode een vermoeden van Huiselijk Geweld?

Nee: afsluiten en vastleggen in dossier

Ja: Ga verder met afweging 2

VRAAG 2

Schat ik op basis van de stappen 1 tot en met 4  dat er sprake is van acute onveiligheid of structurele onveiligheid?

Nee: Ga verder met afweging 3

Ja: Melden bij Veilig Thuis. (VT) De afwegingen 3 tot en met 5 worden met VT doorlopen

VRAAG 3

Ben ik in staat effectieve hulp te bieden of organiseren om dreiging van huiselijk geweld af te wenden?

Bij acute onveiligheid en/of structurele onveiligheid wordt deze afweging met VT doorlopen

Nee: Melden bij VT

Ja: Ga verder met afweging 4

VRAAG 4

Aanvaarden de betrokkenen hulp om dreiging van huiselijk geweld af te wenden en zijn bereid zich hiervoor in te zetten?

Bij acute onveiligheid en/of structurele onveiligheid wordt deze afweging samen met VT doorlopen.

Nee; melden bij VT

Ja : Hulp bieden of organiseren, ga verder met afweging 5

VRAAG 5

Leidt de hulp binnen de gewenste termijn tot de noodzakelijke resultaten t.a.v de veiligheid en /of het welzijn van alle betrokkenen?

Bij acute onveiligheid en/of structurele onveiligheid wordt deze afweging samen met VT doorlopen.

Nee: Opnieuw melden bij VT

Ja: Hulp opstarten met afspraken over het volgen van toekomstige
(on) veiligheid met betrokkenen en samenwerkingspartners

VERVOLG STAP 4

Onderling wordt afgestemd:

• Wie bij twijfel contact opneemt met VT
• De aandacht functionaris gaat in overleg met de huisarts
  (huisarts blijft eindverantwoordelijk) en samen nemen zij het besluit om wel of niet door te gaan naar stap 5
• Wie , indien er aan de hand van de afwegingsvragen besloten is om naar stap 5 te gaan, de melding bij VT doet
• Wie bespreekt de melding bij de betrokkenen
• Wie rapporteert hele verhaal in dossier
• De aandacht functionaris plant een MDO voor terugkoppeling aan de betrokken disciplines  en wijkverpleegkundige

VERVOLG STAP 5

• Degene die het gesprek heeft gevoerd en de teamleider nemen de afwegingen van stap 5 samen door en bepalen iom huisarts/ VT de vervolgstappen. Is melden nodig?

STAP 6

Afsluiten

• Ook als er een redelijke oplossing lijkt te zijn , is het zaak de casus in de gaten te houden.

De casus wordt in een MDO geëvalueerd en afgesloten.

Afsluiten iom huisarts en VT

LET OP: Is melden noodzakelijk?
Ja; als er sprake is van acute of structurele onveiligheid

Is hulpverlening mogelijk?
Bepalen of hulpverlening ingeschakeld door huisarts / VT mogelijk is